COPD en depressiviteit

Angst en depressie bij COPD

Klachten van angst en depressie komen frequent voor bij patiënten met een chronische aandoening. Vaak heeft dit te maken met inadequate adaptatie van de ziekte. 

Behandeling van angstige en sombere gevoelens is dan het meest effectief door het behandelen van de onderliggende adaptatieproblematiek.

Wanneer de klachten ernstigere vormen aannemen spreken we van angststoornissen en van  depressie. De prevalentie van depressie is bij COPD hoger dan bij andere chronische aandoeningen Prevalentie depressieve stoornis bij licht/matig ernstig COPD: 15% en bij ernstig/zeer ernstig COPD: 25% . Angst en depressie hebben een nadelige invloed op de kwaliteit van leven. Zo leiden ze bijvoorbeeld tot verminderde therapietrouw, verminderd inspanningsvermogen en meer ziekenhuis opnames.

Het is belangrijk deze klachten te herkennen en hiervoor kan gebruik worden gemaakt van verschillende tools (informatie uit de CCQ, ziektelastmeter, distress screener en 4DKL). Afhankelijk van de ernst van deze klachten kan begeleiding en behandeling plaatsvinden door bijvoorbeeld: huisarts, POH(GGZ), psycholoog. Bij mensen met COPD kunnen de volgende psychosociale interventies relevant zijn: 

  • Training in coping vaardigheden
  • Relaxatie oefeningen
  • Stressmanagement  

Interventies uit de cognitieve gedragstherapie zijn bij tal van chronische aandoeningen effectief gebleken om gedrag van de patiënt te veranderen. 

Wilt u meer informatie volg dan de CAHAG-scholing: Angst en depressie bij COPD.